Dit project betreft een hoekgebouw deels als nieuwbouw opgetrokken op een braakliggend perceel, deels als verbouwing van het aanpalend pand. Beide delen werden samengesmolten tot één homogeen geheel.
Het gebouw bevat vier kantooreenheden die tijdelijk als studio worden gebruikt en één woning. Om het gebouw te laten uitkomen tussen het geheel van traditioneel 19e of begin 20e eeuwse rijwoningen, werd de gevel opgebouwd in een modulaire vuurrode geveltegel in gebakken aarde. Het pand krijgt hierdoor een symmetrisch uitzicht, waarbij de ramen volstrekt in die symmetrie werden ingepast. |
|||||
Door de kroonlijst op twee plaatsen te doorbreken door plaatsing van een halfcirkelvormige lucarne, werd op twee plaatsen in de gevel een accent van vertikaliteit ingebouwd. De eerste lucarne werd aangebracht op de kopgevel, die de schuine hoekverbinding maakt tussen de twee straten (zie foto links boven), terwijl de tweede in het midden staat van het verbouwd aansluitend pand (zie foto rechts boven en links en rechts onder). | |||||
De vertikaliteit werd in de kopgevel nog benadrukt door over de breedte van de lucarne de modulaire tegels in vertikale richting te plaatsen, tegels die bovendien blauwgrijs gekleurd zijn (zie foto links hierboven). Door de modulaire en vrij symmetrische opbouw van de gevelelementen werd een rustgevend effect beoogd, dat tevens een eigen karakter uitstraalt. |